Depressie bij kinderen
Ook jongere kinderen kunnen depressief zijn. Van alle kinderen in de basisschoolleeftijd (6-12 jaar) heeft 1 à 2% een depressie. Deze kinderen zeggen zich rot of leeg te voelen en zijn moeilijk op te vrolijken. Ze willen geen leuke dingen doen en hebben geen plezier in zaken die ze normaal wel leuk vinden. Ze barsten soms zomaar in huilen uit, zijn afwezig en trekken zich terug. Ze denken negatief, ook over zichzelf (“dat zal me wel niet lukken”) en voelen zich snel schuldig en onbemind (“niemand houdt van me”). Kinderen met een depressie zijn vooral prikkelbaar en onrustig in plaats van somber en futloos. Ze zijn opstandig, boos of driftig zonder dat ze zelf weten waarom. Bij kinderen kan de depressie verborgen blijven achter verschijnselen zoals angsten, hangerigheid, afhankelijk gedrag, bedplassen en slechte schoolprestaties. Kinderen met een depressie hebben weinig vriendjes en worden regelmatig gepest. Ze hebben vaker last van slaapproblemen, nachtmerries, verminderde eetlust en klagen over onverklaarbare lichamelijke pijn doordat ze zich zo rot voelen (buikpijn, rugpijn, hoofdpijn).
Depressie bij jongeren
Voel je je wel eens somber? Dan ben je zeker niet de enige. Meiden hebben hiervan vaker last dan jongens. 7,1% van de jongens en maar liefst 18,9% van de meiden tussen de 18 en 24 jaar heeft ooit zelfs een depressie gehad. En, dan tellen we de jongeren met lichte depressieve klachten er nog niet bij op. Met een depressie ben je somber, kan niets je opvrolijken en niets interesseert je meer. Je voelt je leeg en futloos. Een dipje heeft iedereen wel eens. Bijvoorbeeld door teleurstelling, narigheid in je familie, of gewoon zomaar. Houd je sombere bui langer dan twee weken aan? Dan heb je misschien een depressie.
Met een depressie, kun je last hebben van allerlei klachten: psychische, maar ook lichamelijke. Deze klachten beïnvloeden ook je gedachten en gedrag. Hieronder vind je de belangrijkste op een rij. Onthoud dat je nooit alle klachten tegelijkertijd hebt. En jouw klachten kunnen anders zijn dan die van iemand anders met een depressie. Bij de een zijn de klachten ’s ochtends het ergst, bij de anders juist ’s avonds.
Psychische klachten
• Je voelt je somber en hebt nergens zin in.
• Concentratieproblemen, nergens meer aan toekomen.
• Je vindt niets leuk en hebt geen energie.
• Je voelt je schuldig en waardeloos: ‘Ik stel niets voor’.
• Je hebt geen belangstelling meer voor je omgeving.
• Je voelt je leeg: ‘Ik voel helemaal niets meer’.
• Je vindt het leven niet meer de moeite waard, je verliest je toekomstperspectief.
• Je voelt je vaak angstig, wanhopig en machteloos: ‘Wat ik ook doe, er verandert toch niets’.
• Je huilt veel zonder dat dit je oplucht, of je wilt graag huilen maar het lukt niet (emotionele verkilling).
Lichamelijke klachten
• Je voelt je doodmoe.
• Je hebt geen zin in eten. Hierdoor val je veel af. Of je eet juist veel en je komt veel aan.
• Je slaapt weinig en slecht of je slaapt juist heel erg veel.
• Je hebt minder of geen seksuele gevoelens.
• Je hebt last van een droge mond.
• Je hebt last van onverklaarbare pijn, van druk op de borst, hoofdpijn of rugpijn.
• Je bent vaak duizelig en hebt trillende handen.
• Je hebt last van hartkloppingen.
Gedachten en gedrag
• Je bent snel boos en geïrriteerd.
• Je bent veel met de dood bezig. Je denkt bijvoorbeeld: ‘Ik zou net zo lief dood zijn.’
• Je piekert veel, vaak over hetzelfde.
• Je kan je moeilijk concentreren en vergeet veel.
• Je kan moeilijk besluiten nemen.
• Je reageert en praat langzaam en kunt niet goed nadenken.
• Je bent niet vooruit te branden of kunt juist geen moment stilzitten.
Denk je dat je een depressie hebt en wil je er niet met je ouders over praten? Je mag ons bellen.